Toen ik 21 was, was ik afgestudeerd aan mijn Master SEN en druk op zoek naar een baan. Na wat invalwerk bleek dat ik het verder weg moest zoeken dan mijn toenmalige woonplaats Groningen. Destijds was er een leerkrachtenoverschot en je moest blij zijn als je ergens mocht invallen. Via een vriendin kwam ik in Assen terecht in het Voortgezet Speciaal Onderwijs. Helaas mocht ik daar door de bezuinigingen in het speciaal onderwijs niet blijven, dus mijn zoektocht naar werk ging verder. Ik kwam terecht in Zeist, op wederom een Voortgezet Speciaal Onderwijs school. Ik werkte hier een half jaartje, toen het faillissement van deze onderwijsinstelling werd aangekondigd. Via een vriendin -en oud klasgenootje van de Pabo, kwam ik terecht in Den Haag. Een invalklusje in groep 4, maar blij verrast werd ik door het feit dat mij voor de zomervakantie een vast contract werd aangeboden. Ik was superblij en vond het fijn dat ik eindelijk ‘echt werk’ had.
Inmiddels was ik al verhuisd naar Utrecht, dus verhuizen naar Den Haag voor mijn werk, was op dat moment geen lastige keuze. Gelukkig ging mijn (inmiddels) man met mij mee en ik was dus niet alleen in Den Haag. Dat was erg fijn.
Toch merkte ik door de jaren heen, dat het bezoeken van familie in het Noorden (als je in Den Haag woont), best wel een ding is. Wij hebben geen auto en reizen met de trein. Elke schoolvakantie probeer ik mijn ouders te bezoeken. Toch moet ik zeggen dat het vaak mislukt. Het is 2 uur en 40 minuten met de trein, de trein heeft standaard vertraging en ik heb er geen zin in om, wanneer ik even moet opladen van al dat werken, in de trein te zitten. Daarnaast zijn ook mijn vakanties vaak druk. Ik spreek veel af met vrienden , slaap uit, sport en doe leuke dingen met mijn man.
Afgelopen weekend werd ik even flink wakker geschud. Ik was op mijn werk (gelukkig hadden we een studiedag) toen ik het nieuws kreeg dat mijn vader was opgenomen in het ziekenhuis. Al snel kon ik concluderen dat het niet goed was. Mijn vader lag op de hartbewaking, en zijn bloedsuiker was veel te hoog. Een gevaarlijke combinatie. Op mijn werk werd ermee ingestemd dat ik meteen naar huis zou gaan. Eenmaal thuis nam ik de eerste beste trein richting Groningen. Op zo’n moment is het bijna onmogelijk dat de trein ‘normaal’ rijdt en zonder vertraging. Ik besloot via Heerenveen, naar Drachten te reizen, waar mijn vader in het ziekenhuis lag. In Leiden en nog geen kwartier vanaf Den Haag Centraal, had ik al zes minuten vertraging. Ik miste mijn overstap in Zwolle en als klap op de vuurpijl reed de bus van Heerenveen naar Drachten via een alternatieve route. Gelukkig kon mijn zusje mij ophalen in Heerenveen, maar leuk was dit niet. Uiteindelijk was ik om half vier ‘s middags in het ziekenhuis bij mijn vader. Ik merkte dat ik het niet fijn vond dat ik zo lang onderweg moest zijn, als er echt iets aan de hand is.
Inmiddels maakt mijn vader het weer goed, en bleek het allemaal mee te vallen, maar de schrik en de zorgen blijven. Voor nu kan ik even niks met dit probleem, door mijn werk, en ons huis. Maar een auto en wat vaker langs gaan, is misschien geen gek idee. Het leven is kort, je moet ervan genieten. Elk moment met je familie is belangrijk om te laten zien dat je van ze houdt en er voor ze te zijn.
‘Distance gives us a reason to love harder.’